Het snoeiwerk gaat verder

3 juli 2017 - Jomoro, Ghana

Ankasa, maandag 3 juli, 21.25 uur

Mijn derde dag op de Field Site alweer.
Gisteren en vandaag zijn we weer vroeg op pad gegaan. David en ik slapen allebei bij Frenchman's Farm, waar verschillende kleine huisjes met slaapkamer en badkamer liggen. Voordat we aan de slag kunnen, moeten eerst alle medewerkers van WAPCA opgehaald worden op van tevoren afgesproken plekken. Ook geeft David ze wat geld voor ontbijt (ze krijgen ook een maandelijkse bijdrage, maar die is ontzettend laag). Dit alles bij elkaar kan met gemak 2 uur duren. Daarna gaan we naar een plantage waar ze weer flink gaan snoeien, wat allemaal met machettes gebeurt. Het ziet er allemaal loodzwaar uit, en ze doen het uren achter elkaar. In totaal hebben ze 8 plantages die bijgehouden moeten worden. De kleinste heeft ongeveer 400 bomen, de grootste 1200. Gemiddeld moet er 4 keer per jaar gesnoeid worden, maar in periodes met veel regenval moet het één keer per maand. Je kunt je voorstellen dat ze hier hun handen aan vol hebben. Het is de bedoeling om het snoeien van de plantages in de toekomst over te gaan dragen aan de gemeenschappen, maar daar is eerst meer educatie voor nodig en bovendien moeten ze dan zelf de financiering gaan regelen. Dit is nog een stap te veel. Daarom ondersteunt WAPCA nu nog. De educatie om op een duurzame manier landbouw te bedrijven vindt wel al plaats.

Vandaag zijn we helemaal in het zuid-westelijke puntje van Ghana geweest, tussen de Atlantische Oceaan en de grens met Ivoorkust in. We waren met een team van 17 personen (die dus allemaal opgehaald moesten worden, en vervolgens in en op 1 auto gingen zitten), die eerst weer hard aan het snoeiwerk gingen. Dode boompjes werden vervangen door nieuwe zaailingen en er werden ook weer zaailingen geplant op nieuwe plekken. Helaas laten ze flink veel (plastic) afval overal achter. Het is de bedoeling dat ze dit allemaal meenemen, maar dat gebeurt duidelijk niet. Dit is iets wat ze in Ghana niet gewend zijn. Het is lastig om iets wat ze altijd zo gedaan hebben af te leren. Toch vind ik het erg slecht. Bescherming van de natuur begint naar mijn mening bij de natuur schoon houden.

Na het snoeien gingen we naar een plek waar een gemeenschap een nieuw stuk grond in gedachte had om voor een plantage te gaan gebruiken. David en zijn team gingen ter plaatse een kijkje nemen om te kijken of de grond geschikt was. Helaas was het veel te vochtig.
Naast het looppad richting deze grond stonden verschillende strikken opgesteld voor grote ratten (giant rats en grasscutters). Op deze manier jagen is in Ghana verboden. Toch maakten ze de vallen niet onklaar. Het is effectiever om door middel van educatie uitleg te geven waarom het onverantwoord is wat ze doen. De Wildlife Division heeft daar te weinig personeel voor, waardoor dit voornamelijk in handen ligt van organisaties zoals WAPCA. Het is overigens mogelijk om een vergunning te krijgen om te jagen (voor giant rats, grasscutters of duikers.. primaten zijn sowieso verboden), maar dit mag dan alleen met geweer, voor een maximaal aantal dieren per jaar. Bovendien mag er niet 's nachts gejaagd worden, en mogen drachtige dieren en dieren die net geworpen hebben ook niet gedood worden. Tussen 1 augustus en 1 december geldt er een algeheel jachtverbod, omdat dat voor de meeste dieren geboorteseizoen is.
Bij de educatie wordt rekening met de verschillende diersoorten gehouden. Bij grasscutters en giant rats zijn ze minder strict vanwege de zeer snelle voortplanting. Over duikers zijn ze al een stuk strenger.
Antilopen als bongo's vallen in de praktijk niet ten prooi aan stropers. Ze zijn te groot en daardoor onpraktisch. Bovendien zijn bongo's in veel gemeenschappen hier heilig, deze zullen er dus ook niet op jagen.